De mens heeft het paard uit zijn natuurlijke leefomgeving gehaald,

het gevolg hiervan is dat het natuurlijke evenwicht tussen aangroei en slijtage van de hoef verstoord is.

In de natuur loopt het paard gemiddeld wel 50 km per dag op verschillende ondergronden; gras, stenen, kiezels, modder en zand.

Dit in tegenstelling tot het gedomesticeerde paard dat vaak in zijn stal staat of de wei loopt.

Daarnaast vind er ook geen natuurlijke selectie meer plaats op basis van hoef- en beenkwaliteit.

Het gedomesticeerde paard valt immers niet meer ten prooi aan roofdieren.

De hoefsmid zorgt er voor dat slijtage in verhouding komt te staan met de aangroei van de hoef.

Afwijkingen aan hoeven of benen worden voorkomen of gecorrigeerd door de hoefsmid.

Print Friendly, PDF & Email